BARF en KKV

BARF is een simpel concept – de hond krijgt zijn eten bijna zoals moeder natuur het ooit bedoeld heeft. Een hond is een carnivoor, een vleeseter, een prooidiereter. Als de hond de kans zou krijgen zou hij met veel plezier zijn eigen eten jagen, maar dit is in onze moderne samenleving niet wenselijk.

BARF deed zijn intrede met het boek 'give your dog a bone' geschreven door de Australische dierenarts Dr. Ian Billinghusrst (1993). Deze dierenarts legde een relatie van ziekteverschijnsels bij honden die in zijn praktijk voorgesteld werden met hun commerciële voeding (bestaande uit verhitte en onnatuurlijke ingrediënten, grote hoeveelheden koolhydraten en andere toevoegingen zoals kleur- geur- en conserveerstoffen – gewone brok en blik dus).

BARF heeft zich sindsdien bij velen als ‘generieke verzamelnaam rauwe hondenvoeding’ gemanifesteerd. Er zijn inmiddels kant en klare diepvriesvoeders op de markt gebaseerd op het BARF principe, er zijn mensen die het liefst hele prooidieren voeren, mensen die hun honden rauwe vleesbotten met orgaan en groente voeren.

En behalve BARF?

Er zijn honden die enkele dagen per week brok krijgen en daarnaast enkele dagen vers vlees.

Er zijn hondeneigenaren die (soms) rauw vlees mengen met gekookte rijst of aardappelen en/ of met rauwe en gekookte groente. Anderen geven af en toe tafelrestjes.

Weer anderen koken het vlees dat aan hun hond gevoerd wordt. Anderen blijven hondenbrokjes/ blikjes voeren omdat hun hond het goed ermee doet – of omdat ze het niet beter weten – of omdat ze niet meer weten wat en wie ze moeten geloven. Maar er zijn ook nog steeds mensen die geloven dat rauw vlees een hond agressief zou maken.

En er zijn dierenartsen die wel zeer veel verstand van voeding hebben en jammer genoeg zijn er nog vele dierenartsen die zich nauwelijks in voeding verdiept hebben. Welke huisarts zal je adviseren elke dag uitsluitend astronautenvoer te eten want enkel alleen dat is voor de mens gezond en compleet? Maar bij dierenvoeding gebeurt dit wel degelijk. Eventueel ook mede daardoor dat de grote voederproducenten wereldwijd wetenschappelijk onderzoek (mede) financieren en gedeeltelijk ook wereldwijd sponsoren van wetenschappelijke opleidingen zijn. Wie weet. 

Jammer genoeg zijn er inmiddels stromingen ontstaan waar mensen elkaar bevechten wat nu wel en niet verantwoord voeren genoemd mag worden. Ik ga er vanuit dat iedereen het beste voor zijn hond wil en dat iedereen zelf het besluit op basis van goede informatie moet kunnen nemen hoe hij zijn hond wil voeren. En het voornaamste is – de hond moet gezond kunnen blijven en met het voer gezond oud kunnen worden.

Voeding kan een waardevolle bijdrage leveren aan de levenskwaliteit en aan het gedrag van een hond. Daarnaast is de genetische geaardheid een bepalende factor. Maar het fokbeleid is weer een ander thema.